De maakster van een Nederlandse documentaire over Syriegangers heeft bewust een verkeerd bloedbad in haar film gemonteerd om de film dramatischer te laten lijken dan dat het in het echt was. Ook zijn de bloedige beelden niet gefilmd door de documentairemaakster en haar team, maar gekopieerd van youtube.
Het gaat om de documentaire “Paradijsbestormers” van Floor van der Meulen die in 2014 werd uitgezonden door BNN. Deze week werd bekend dat Al Jazeera de documentaire heeft gekocht. Ook maakt de film kans op een van de TV-beelden, een televisievakprijs.
In de documentaire laat Van der Meulen zien hoe een man aan de Turkse kant van de grens met Syrie, in het dorpje Karkamis, over een walkietalkie praat over een incident in Syrie waarbij iemand wellicht is gesneuveld.
Vervolgens filmt Van der Meulen hoe een Turkse ambulance vanuit Karkamis de grens met Syrië oversteekt naar het Syrische stadje Jarablus om de slachtoffers op te halen. Uit veiligheidsoverwegingen kan Van der Meulen zelf niet mee met de ambulance Syrie in. Maar geen nood, want Van der Meulen legt uit in de documentaire dat ze camera’s aan Syriers heeft meegegeven die wel in het land kunnen filmen.
Nadat de ambulance vanuit Turkije de grens met Syrie passeert, zien we vervolgens vanuit een voertuig gefilmde amateurbeelden van een verschrikkelijk bloedbad. Overal rookwolken en in brand staande auto’s. Krijsende mannen slepen met lijken, gewonden worden in een ambulance getild. “Help met dragen” roept een radeloze jongen, “haal een ambulance!”
Daarna laat de documentaire beelden zien van hoe de Syrische man met de walkietalkie vanuit Turkije door het grenshek naar Syrie kijkt. “Daar is de ambulance,” roept de Syrier als de ziekenauto terugkeert vanuit Jarablus in Syrie naar Karkamis in Turkije. De Syrier schreeuwt: “Darkoubi, is hij dood? Oh God, nee toch?”
De documentaire geeft de kijker volledig het idee dat de beelden van de man met de walkietalkie, de ambulance en het verschrikkelijk bloedbad bij elkaar horen. Het geheel is zo gemonteerd dat het lijkt alsof alles zich achter elkaar afspeelt nabij de Karkamis-Jarablus-grens.
Maar tijdstip en locatie kloppen niet. Want het in de documentaire getoonde bloedbad heeft nooit plaatsgevonden in Jarablus. Het zijn namelijk beelden van een dubbele autobom in Bab al Hawa, een Turks-Syrische grensovergang gelegen honderdvijftig kilometer ten westen van Jarablus. Deze aanslag vond plaats op 20 januari 2014.
Ook zijn de dramatische beelden van het Bab al Hawa-bloedbad niet gemaakt door Van der Meulen en haar team maar gewoon van youtube gehaald. De beelden staan op het internet onder de titel “double car bomb Bab al-Hawa.”
In een telefonische reactie geeft een geschrokken Floor van der Meulen toe dat haar ambulancebeelden en de video van het bloedbad inderdaad niks met elkaar te maken hebben. “Ik ben een documentairemaakster, ik monteer niet op feiten,” zegt ze.
Ook geeft Van der Meulen toe dat zij en haar team de beelden niet zelf gemaakt hebben. “Het lukte gewoon die dag niet om vanuit die ambulance te filmen,” zegt ze, “dus toen hebben we er later beelden bij gezocht die er goed bij pasten. Ja, die beelden stonden inderdaad op youtube. De kunst van het monteren is om een verhalen te verbinden.”
De documentairemaakster wist dat de beelden afkomstig waren van een bloedbad 150 kilometer verderop in Bab al Hawa. “Syriërs zeiden tegen me: Dat is Bab al Hawa, niet Jarablus.’ Ik heb toen besloten om voor de emotie en de kijkervaring te gaan, niet voor de feiten.”
Ze voegt daar aan toe: “Ik begrijp wel dat ik voor sommigen een bepaalde grens over ga.”
Vraag is nu of de rest van de documentaire “Paradijsbestormers” wel klopt. De documentaire zit vol met clips waarvan de herkomst onduidelijk is en een lang interview met een gemaskerde man. “Alles valt te verifiëren,” beweert Van der Meulen.
BNN/VARA reageert desgevraagd via haar woordvoerder Thijs Verheij: “Floor is documentairemaakster en geen oorlogsjournalist, ze had derhalve geen toegang tot Syrië. Om de oorlogsdaden te illustrereren heeft ze enkele camera´s meegegeven aan mensen die wel toegang tot Syrië hadden. Dit wordt ook in de film verteld. Dat ze daarnaast gebruik heeft gemaakt van bestaande beelden staat in de aftiteling aangegeven.”
Harald Doornbos